Opleidingsprogramma
De NPAG leidt op tot psychoanalyticus van volwassenen; daarnaast bestaat de mogelijkheid om bovendien kinderanalyticus te worden.
De opleiding bestaat uit drie onderdelen; de leeranalyse; de cursus en het zelf analyseren onder supervisie.
De leeranalyse
Wanneer de sollicitant aangenomen is en besluit de opleiding te gaan doen, gaat hij/zij in leeranalyse bij een opleider van de NPAG. De leeranalyse wordt door de kandidaat uit eigen middelen betaald. De opleiders van de NPAG staan vermeld in de ledenlijst.
Wanneer hij/zij al in analyse is, kan deze analyse onder bepaalde voorwaarden als leeranalyse worden voortgezet.
De leeranalyse staat centraal in de opleiding, omdat het emotionele ontwikkelingsproces naast de theoretische vorming een zeer belangrijke plaats inneemt. Wanneer opleidingskandidaten zelf gaan analyseren, dienen zij nog in analyse te zijn om van hun ervaringen in het werk met hun patiënten te leren, met name van de overdracht en tegenoverdracht.
De cursus
In de opleiding neemt kennis van de kinderontwikkeling en psychoanalyse van kinderen een grote plaats in. De kinderanalytische opleiding is qua cursus geheel geïntegreerd met de opleiding tot analyticus voor volwassenen. Het is van belang dat de analytici van volwassenen kennis nemen van de theorie en praktijk van de kinderanalyse.
Er wordt zoveel mogelijk gestreefd naar grote blokken met één docent. Docenten moeten actief analyserende analytici zijn met ruime ervaring die, naast inhoudelijke deskundigheid, enthousiasme voor de psychoanalyse overbrengen.
Per blok wordt zoveel mogelijk de literatuurlijst opgebouwd uit meer klassieke en moderne teksten.
De jaargroepen zijn homogeen qua doel (allen willen psychoanalyticus worden), qua beleving (allen zijn in analyse) en qua interesse (meer gericht op verdieping en het ‘waarom’ dan op het praktische ‘hoe moet het’).
Het zelf analyseren onder supervisie
Vanaf het tweede cursusjaar kan worden begonnen met zelf analyseren onder supervisie.
Het leerproces van de kandidaat in de cursus, de klinische seminars en het analyseren onder supervisie, worden tenminste één maal per jaar door de opleidingscommissie met de kandidaat besproken; uitgangspunt hiervoor vormen de schriftelijke evaluaties van docenten en supervisoren. Deze evaluaties gebeuren zoveel mogelijk aan de hand van heldere criteria.
Voor het lidmaatschap is het doen van drie analyses vereist; één van deze drie kan een kinderanalyse zijn. Eén analyse dient onder supervisie getermineerd te worden, eventueel na het lidmaatschap.
Bij een voorspoedig verloop van de opleiding, kan de kandidaat na zes jaar lid worden. Hij/zij houdt dan een referaat over een analyse in een wetenschappelijke vergadering van de NPAG. Wanneer de kandidaat lid wordt, doet hij/zij tenminste twee analyses.
De kosten van de opleiding bedragen ongeveer € 1400,- per jaar, afgezien van de kosten van de leeranalyse en supervisies. Daarnaast betaalt de kandidaat een (gereduceerde) contributie; deze bedraagt ongeveer € 160,- per jaar.
NB: Deze tekst is een samenvatting en slechts bedoeld ter oriëntatie. De volledige tekst vindt u in het opleidingsreglement.
Lijst van voor kandidaten in opleiding beschikbare opleiders van de NPAG – 2016
Voor leeranalyses:
Mw. G.J. van Gent
Mw. C.M.J.M. Oud
Mw. E. M. Prinsen
S. van der Spek
D.W. Vlietstra
Mw. P. Vlietstra-Zock
R.S.G. Wille
Mw. M.B. Wille-Buurman
Voor supervisies:
B. Filet
Mw. G.J. van Gent
D. Jongbloed
Mw. U. Jongbloed – Schurig
H.G.J. de Meij
W.F.A.M. Niers
Mw. C.M.J.M. Oud
Mw. E.M. Prinsen
S. van der Spek
D.W. Vlietstra
Mw. P. Vlietstra-Zock
R.S.G. Wille
Mw. M.B. Wille-Buurman